Reaction.
In onze nieuwsbrief van oktober gaven we volop aandacht waarin Het Duurzame Warenhuis afsteekt tegen de ‘gewone’ winkel, iets wat vanaf 17 oktober in de VPRO documentaire Reaction ook te zien is. Aanleiding was dat oktober staat voor “Buy Nothing New Maand”. Koop niets nieuw. Een thema waarmee we onszelf als winkel in de vingers snijden. Maar aan de andere kant snijden we onszelf pas echt in de vingers als onze planeet op is. Het is een paradox waar we als Het Duurzame Warenhuis vaak een spanning in voelen. Daarom voor ons de uitdaging om deze maand een nieuwsbrief zonder producten te delen, en als winkel uit te leggen waarom we met onze kernwaarden anders zijn dan de standaard winkel. Want consuminderen is één manier, maar wij willen het alternatief vervullen in het winkelbestand, zodat als je iets koopt, dat met een gerust hart doet. In de nieuwsbrief legden we extra uit waar onze kernwaarden voor staan, en wat er bijvoorbeeld anders is aan ons eigen merk Van Nature basics. In deze blog voegen we daar een geselecteerd stuk van www.change.inc aan toe om door te lezen over de kledingindustrie en over Earth Overshoot Day; de invloed van de consumptie wereldwijd en in Nederland.
Leeswaarschuwing: dit gaat dus over de kledingindustrie, fast fashion en productie waar wij niet aan meedoen, maar die in een globaal plaatje bij elkaar worden gepakt. De cijfers geven de noodzaak aan waarom een bewuste duurzaam stapje bijdraagt aan een grote duurzame stap voor de hele planeet. Dan weet je weer waar je het voor doet!
“Ieder jaar worden honderd miljard nieuwe kledingstukken gemaakt en meer dan de helft daarvan wordt al binnen een jaar na productie weggegooid. Mede door door dit soort fast fashion is de kledingindustrie na de olie-industrie de meest vervuilende sector. De productie van kleding en schoenen zorgen samen voor zo’n 8 procent van de uitstoot van wereldwijde broeikasgassen. Niet alleen de uitstoot van broeikasgassen is een probleem. De textielindustrie kent meer misstanden: er vindt veel watervervuiling plaats door het kleuren van textiel en ook extreme droogte is een gevolg door het enorme watergebruik voor de groei van gewassen als katoen. Daarnaast zijn de werkomstandigheden in de lagelonenlanden vaak slecht, omdat arbeiders worden uitgebuit en mensenrechten niet worden gewaarborgd.
Slechts 1 procent van alle kledingstukken worden gerecycled tot nieuwe kleding, de rest wordt verbrand of gedumpt in armere landen. Eind mei kondigde staatssecretaris Stientje van Veldhoven aan een Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV) in te voeren voor de kleding- en textielsector. Het doel: meer hergebruik, minder verspilling en minder vervuiling.
Om dit te veranderen wil de Nederlandse overheid in 2023 een Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV) invoeren voor fabrikanten. Daarmee worden kledingbedrijven verantwoordelijk voor wat er na het gebruik met hun eigen producten gebeurt.
Op dit moment zijn gemeenten nog verantwoordelijk voor de inzameling en kosten van het afgedankte textiel van hun inwoners, maar de maatregel moet de branche een financiële prikkel geven om kleding te produceren van hoge kwaliteit die zich goed leent voor recycling.
Alle landen in de Europese Unie zijn vanaf 2025 verplicht om textiel in te zamelen.
In Nederland wordt slechts 45 procent van het afgedankte textiel gescheiden ingezameld via kledingbakken of kringloopwinkels. Zo’n 55 procent komt in het restafval terecht en wordt verbrand.”
“De Earth Overshoot Day wordt ieder jaar door het Global Footprint Network berekend. Dan doen ze door de biocapaciteit van de planeet te delen door de ecologische-voetafdruk van de mensheid. De biocapaciteit is eigenlijk het duurzame productievermogen van de aarde, wat weer afhangt van de bodemvruchtbaarheid, het klimaat en hoeveel water er beschikbaar is. In woestijngebieden is hij laag, in vruchtbare veengebieden juist hoger. De ecologische voetafdruk geeft aan hoeveel grond en wateroppervlakte een bevolkingsgroep nodig heeft om te kunnen eten.
De Nederlandse voetafdruk nam de laatste jaren gestaag af: In 2008 hadden we voor onze manier van leven nog 4,1 aarde nodig, in 2016 waren dat er drie, in 2019 2,9, maar het steeg dit jaar weer tot 3,1.
In het coronajaar viel de Earth Overshoot Day op 22 augustus, als effect van de wereldwijde lockdowns en coronamaatregelen. Een trendbreuk, want sinds 1970 loopt de datum bijna ieder jaar een dag verder terug, met af en toe een grotere sprong. In vergelijking met het coronajaar is de ecologische voetafdruk in 2021 dus met 6,6 procent gestegen.
Om de voetafdruk per land te berekenen, wordt de ecologische voetafdruk van een land door de wereldwijde biocapiciteit gedeeld, en dat keer 356 dagen gedaan. Met die berekeningen komt de overshootday van ‘zandbak’ Qatar, als vroegste van alle landen, uit op 9 februari. Die van Nederland en Ierland valt samen op 27 april en Indonesië als laatste op 18 december. Onze Nederlandse voetafdruk zit dus, zoals bijna elk jaar, bij de hoogste van de wereld.”